dinsdag 13 september 2016

Vijftien jaar

Vijftien jaar geleden – 11 september 2001 – kwam Bob Dylan met zijn album “Love & Theft”. Voor mij als vijftienjarige scholier een goede gelegenheid om in het oeuvre van Dylan binnen te stappen. Ruim een half jaar later zag ik de bard uit Minnesota spelen in Ahoy, Rotterdam. Zou je kunnen spreken van een bekering? Zou je kunnen zeggen dat 9/11 ook mijn persoonlijke leven veranderde? Ging deze ‘bekering’ geleidelijk, tussen 11 september 2001 en 2 mei 2002? Of was één van die twee data het moment dat “de knop om ging”?
Feit is in ieder geval, dat ik inmiddels vijftien jaar lang bewust luister naar Dylan. In de eerste jaren, was ik geen bewust Dylan-fan; ik had toen een grotere voorkeur voor de wat theatralere muziek van Queen. Inmiddels zijn we dus anderhalf decennium verder, sinds ik “Love & Theft” kocht.
Ik ben nu dertig jaar, muzikaal gezien is mijn leven in twee gelijke perioden van 15 jaar te verdelen. De eerste periode was een speeltuin, een tijd waarin ik geen echte voorkeur had voor muziek. De tweede helft is een Dylan-helft, een tijdspanne waarin ik veel met Dylan bezig ben. Niet alleen ben geweest, het duurt nog steeds voort.
Ik verzamel Dylan: alle reguliere albums, de Bootleg Series, opnames van concerten waar ik zelf ben geweest, boeken (heel veel boeken), posters, wat al niet meer. En waarom? Omdat het kan, uiteraard. Maar ook omdat ik hier van geniet. Het grasduinen in de muziek, de talloze versies van songs die Dylan zelf heeft opgenomen. Het struinen in de boeken over interpretaties van de teksten en muziek.
Zouden er nog vijftien Dylaneske jaren komen? Of doe ik net als Martin Bril en zijn fascinatie voor Napoleon? – op een gegeven moment was Bril klaar met de kleine keizer en verkocht hij zijn bibliotheek over de dictatoriale leider van de Fransen.
Misschien.
Maar daar wil ik nu niet over nadenken. Ik wil genieten van Dylan. Zoals ik dat al vijftien jaar doe.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten